“Ik rij sinds mijn 19e motor. Toen ik mijn vriend leerde kennen, stak hij me aan met het virus. Die snelheid, die wendbaarheid en dat vrije gevoel vond ik te gek! Samen hebben we heel wat kilometers afgelegd. Lekker op zondag de motor pakken en op de bonnefooi ergens heenrijden. Het strand, de polder of de stad, we hebben heel Nederland gezien.
Ik wil weer motorrijden!
Inmiddels zijn we een huwelijk en een huis vol kinderen verder. En – je raadt het al – er blijft weinig tijd over om motor te rijden. Het is gewoon te druk. Daarom heb ik mijn motor een aantal jaren geleden verkocht. Hij stond te lang ongebruikt in de garage, zonde natuurlijk.
“Ik hoop over een paar jaar een nieuwe motor in de garage te hebben staan, ik wil weer motorrijden!”
Toch blijft het altijd kriebelen… Op de motor voel ik me zo krachtig. Dat moment dat je opstapt en de motor start, dat geeft zo’n kick. Van dat geluid krijg ik vlinders in mijn buik. Zeker één keer per jaar spelen we dan ook met de gedachte om een nieuwe motor te kopen en zit ik weer op internet te snuffelen. Ik hoop dat we over een paar jaar weer een nieuwe motor in de garage hebben staan. Het is mijn droom om ooit nog eens samen naar Italië te rijden. Maar net als vroeger een zondag op pad in eigen land zou ook al fantastisch zijn.”